Over mij

Mijn foto
De Brabant-Collectie is in 1837 in 's-Hertogenbosch opgericht door het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant en wordt sinds 1986 beheerd door de bibliotheek van de Universiteit van Tilburg

dinsdag 14 maart 2017

En de boer hij ploegde voort...

De maand maart wordt ook wel de lentemaand genoemd. In de beeldende kunsten wordt de lente vaak verbeeld door het ploegen en zaaien van een boer; het voorbereiden van het land op het komende groeiseizoen. In de winter verzorgde de boer zijn vee dat op stal stond en deed achterstallig werk rondom de boerderij. In maart begon de zware fysieke arbeid. Soms werd er over de landerijen eerst mest van de potstal uitgereden. Voor het ploegen spande de boer één of meerdere paarden of ossen in en dagenlang deed hij niets anders dan ploegvoren maken. Hieronder tonen we vijf prentbriefkaarten met dit thema uit de collectie Jegerings.

De eerste afbeelding toont een man en jongen aan de ploeg. Beiden hebben de staart van de ploeg in de linker- en de leidsels van het trekpaard in de rechterhand. De paarden dragen een haam om de nek om hun trekkracht ten volle te benutten. De ploegschaar is voorzien van een keerblad of rister om de grond te keren. De boer ploegde in één richting en moest rondgaan om aan de andere zijde van de akker een nieuwe voor te maken. Mogelijk was C. van den Berk (1886-1957) uit Dongen de fotograaf van deze opname; hij is herkend als fotograaf van een van de opnames uit deze serie.
Brabantsch Dorpsleven: Aan de ploeg
Fotograaf: mogelijk C. van den Berk
Prentbriefkaart, 1922
Uitg. Roukes & Erhart, Baarn
Deze ingekleurde opname van Herman de Ruiter (1871-1949) is hoogstwaarschijnlijk gefotografeerd in de Meierij en laat zowel het ploegen als zaaien zien. Bijzonder aan de ploeg is het wieltje aan de voorzijde. Het paard draagt een vliegennet, haam en dek met takken op de rug.
Ploegen en zaaien
Fotograaf: Herman de Ruiter
Prentbriefkaart, 1902
Uitg. J.J.N. Loretz, Fa. Wed. J. Loretz, 's-Bosch
 
Op de derde prentbriefkaart bedient een boer een houten wiel- of karploeg. Het voorste deel heeft een as met een groot en klein wiel. Het grootste wiel staat in de voor, het kleine wiel op de niet omgeploegde grond. Dit bevorderde de stabiliteit. Het achterste deel is de eigenlijke ploeg. Een hoog T-vormige onderdeel voor de leidsels van het paard onderscheidt deze ploeg van de hier getoonde.
Ploegen
Fotograaf: onbekend
Prentbriefkaart
Uitg. Weenenk & Snel, Den Haag
Op onderstaande prentbriefkaart is eveneens de veelgebruikte wiel- of karploeg te zien, nu van metaal en getrokken door een paardenspan. Deze ploeg heeft een dubbele staart, net als de voorgaande. 
Noord-Brabant, Achter den ploeg
Fotograaf: onbekend
Prentbriefkaart, 1917 (serienummer 17356)
Uitg. Jean Smits & Zonen, drukkerij, Tilburg
Voor het zware ploegwerk bij ontginningswerkzaamheden werden veelal meerdere trekdieren ingezet, zoals bijvoorbeeld bij de ontginningen ten noorden en zuiden van de Strabrechtse heide of bij de ontginning van de heide tussen Esbeek en Hoge en Lage Mierde (het huidige landgoed 'De Utrecht'). Onderstaande afbeelding toont zes ossen die met brede banden over nek- en schouderpartij zijn ingespannen voor de ploeg. Dat er flink diep geploegd werd, is te zien aan het niveauverschil tussen de dieren links en rechts.
Heide-ontginning
Fotograaf: onbekend
Prentbriefkaart
Uitg.Weenenk & Snel, Den Haag 
Meer onderwerpen uit het Brabantse boeren- en plattelandsleven vindt u op de website Brabants Dorpsleven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten